Uit de categorie

Gedichten

Gedicht – weten en niet-weten

Gedicht van mijn hand geschreven over het niet-weten. Niet-wetend zijn gaat voor mij over het Hogere en Onuitsprekelijke, hetgeen wij alleen maar over speculeren kunnen.

Kunstwerk – Stem

Levenskunst met gouache en fineliners.

Ik schreef er ook een gedicht bij:

Fluister, spreek
stamel, schreeuw
zing luid
Jouw goudgeluid wil
gehoord

Oma

Je breit gaten, lieve kind
Oma repareert mijn sjaal en lacht
Insteken, omslaan, doorhalen, af laten glijden
De wol over haar kromme vingers
Nu jij, meisje

Een generatie later
Oma’s handen hebben getoverd
Kijk! Ik laat het trots zien
Mijn dochter in haar jurkje
Wat een popje

Ik brei een vestje zonder gaten
Oma aait de wol met haar nog krommere vingers
Ik kan het niet meer, verzucht ze
Ze kon nog heel veel, bracht zoveel meer
Vier generaties

De bol wol is ineens op
Het eind van de gekleurde draad
We knopen er een andere aan
Nieuw leven in de wieg
Ik brei en ik herinner

Kleine vrijvechter

Laat me zweven
Frank en vrij
Laat me dansen
door de lucht

Het zilt, het zand
de wind, de zee
spelen
voeren me boven de branding

Aan de andere kant
van het touw
sta jij

Ik zweef
vlieger, vlieg
Hou je me wel vast?

Foto: Unsplash – Murat Ustuntas

Windkracht

De wind, ze haalt
brengt en vervoert
besteelt en zucht
gewoonweg ontvoert
Ze overstemt, overheerst
Krachtig suist
en verstilt al wat er is
als ze zacht ruist

Ze neemt je mee
waarheen ze wil
Maar na windkracht 10
wordt het áltijd weer stil

Foto: Unsplash, Mahkeo

Jij

Glinsters in je ogen
Lach die geen ander heeft
Leef zoals niemand leeft
Zon, zee, regenbogen

Dat wat jij mij
ook geeft

De reus

Mag ik erlangs?
Ik kan er
niet door
Er staat een reus
van een gedachte
voor

Pak een zwaard
Vecht en laat je
niet slaan
Mep net zolang
totdat hij je
erdoor laat gaan

De reus blijkt verdrietig
Wilde alleen maar een hug
Maar toen ik gelijk sloeg
gaf hij ook een beuk terug

Geef je over

Geef je aan me
over, leg je
naast me neer
Laat me je omarmen
verwarmen. Geef je
aan me over, voordat
ik je arresteer

Ik sta in de hal

Onderweg naar waar
weet ik veel
wist ik maar
waar de stip staat
wat de weg is
op de kaart

De rest is er al
maar roerloos sta ik
in de hal
Ze dragen allemaal een hoed
Ik doe -blijkbaar- niet
wat de rest wel doet

Het feest gaat los daarbinnen
maar ik ga hier
een hoedloze party
beginnen

Bergkoningin

Statig verrijst ze
De koningin van het dal
Aan haar voet ben ik slechts
een aanwezigheid

Ze behelst alle schoonheid
van kam tot mos en den
Ik beklim en ze laat
Verweeft me in haar rijk

Foto: Pixabay